Oktober 2010
Mij werd gevraagd een bijdrage te leveren aan een artikel in het Dagblad van het Noorden naar aanleiding van een onlangs verschenen boekje over “wat er zoal teveel is in onze maatschappij”. Of ik ook een paar dingen wilde verzinnen die we wat mij betreft konden missen. Ik schreef twee kleine stukjes. Alleen de eerste heb ik ingestuurd. De tweede wordt middels dit blog aan de vergetelheid onttrokken:
1.
Het teveel in de maatschappij
Auteurs en opinieleiders hebben een boekje gemaakt over wat er zoal overbodig, irritant en belachelijk is in onze samenleving. Wat we kunnen missen, zeg maar. En hop, daar hebben we er direct één te pakken; de toevoeging ‘zeg maar’. Net als ‘ja’ midden in de zin van een interviewer die –ja- gewoon niet meer weet wat hij moet zeggen. Er ís namelijk zoveel overbodig, irritant en belachelijk in onze samenleving, omdat er namelijk gewoon teveel is van –ja- alles, zeg maar. En alles moet ook gezegd en geschreven. Elke mening telt. Boekjes vol meningen van mensen die ons toch al dagelijks in columns, op weblogs en in praatprogramma’s lastig vallen. Geen cabaretier zonder column, geen blaag zonder blog, geen mens zonder mening. En of ik daar een stukje over wil schrijven. Wie dit leest is gek.
2.
Wat we kunnen missen
Kabouters. Om gek van te worden. Door alle grote problemen die ons bedreigen (tsunami’s, hongersnoden, ijstijden, buitenaardse wezens en musicals) zijn we soms geneigd onze ogen te sluiten voor de kleine gevaren die echter grote gevolgen kunnen hebben. Mijn moeder heeft me onlangs nog gewaarschuwd; een ongeluk zit in een klein hoekje. En zo is het. Toen dus vanochtend voor de derde keer binnen een week het bier in mijn koelkast op was heb ik een doeltreffende maatregel getroffen. En het zal mij benieuwen welke kabouter in staat is om dit slot te forceren.