Muziekje (tekst)
Bapao (tekst)
Berend Botje (tekst)
Caravan (tekst)
Koffie (tekst)
Mobylette (tekst)
Worst van de Hema (tekst)
Schilderij (tekst)
Looprek (tekst)
Nooit met de bus(tekst)
Droomliedje (tekst)
Tinus Gezienus (tekst)
Ga niet uit (tekst)
Een bal met (tekst)
Krantje (tekst)
Klabam (tekst)
Meezinger
Poets (tekst)
Dipje Pipje (tekst)
Geld op de giro (tekst)
Wat een dag (tekst)
Bonus
In de zomer van 1994 begonnen we met het spelen van onze eerste theatervoorstelling: Kloosterboer op Solotoer. We wilden iets doen met de muziek, waarvan wij hielden en daarbij teksten maken over niet meteen de grootste emoties, maar over klein geluk en klein verdriet. Of, anders gezegd, over genoegens en ongenoegens. Na heel veel spelen op de meest bizarre plekken in de verste uithoeken van ons land is het programma uitgegroeid tot de avondvullende voorstelling, die we in mei 1996 hebben opgenomen in het Kruithuis in Groningen.
De CD’s van trio Kloosterboer zijn helaas allemaal uitverkocht. Wellicht komt er nog eens een verzamel CD uit met de leukste liedjes. In dat geval verschijnt er zeker bericht op deze website.
Trio Kloosterboer bestond uit:
Rob Elzenga
Arno van der Heyden
Jan Veldman
Teksten
Muziekje
Een fijn muziekje
Een leuke sfeer
Een beetje zon erbij
Wat wil je nog meer?
La vie est formidable, formidable toujours
Want hier is Kloosterboer op solotoer
Oei oei
terug
Bapao
Je eet het zonder lepel, ‘t is van vlees en ‘t is van deeg
Als een tietje zonder tepel ligt het bij de Viëtnamees
Het wordt niet zoveel gegeten zoals een kroket of zo
Je zult de naam niet snel vergeten, het heet broodje Bapao
Refr. Oh, broodje Bapao (oh,oh)
Oh, broodje Bapao (oh,oh)
Oh, broodje Bapao (oh,oh)
Oh, broodje Bapao
Het is een heel raar hapje, vooral in het begin
Altijd weer die zelfde twijfel, zit de vulling er wel in
Als je ooit een hap zult nemen, denk je “oh, oh, oh, oh, oh”
Je krijgt kaken als een pitbull van zo’n broodje Bapao
Eén doctor in de letteren, de zoon van tante Greet
Zei dat het spul niet Bápao, maar meer Bapáo heet
Nou ja, zeg, hoe je het ook uitspreekt, het blijft een rare hap
En als je het weer uitkotst heb je een broodje “oapaB”
terug
Berend Botje
Berend Botje ging uit varen
met zijn scheepje naar Zuidlaren
De weg was recht, de weg was krom
Nooit kwam Berend Botje weerom
Eén, twee, drie…………
Waar is Berend Botje gebleven
Hij is niet hier, hij is niet daar
Hij is naar Zuid-Amerika
Amerika etc.
Wat doet hij daar in Amerika
Hij speelt op zijn harmonica
Hij speelt van dit, hij speelt van dat
Hij speelt gewoon van alles wat
terug
Waar zullen we het vanavond doen?
Het gaat om veel meer dan een zoen
Omdat ik jou al zolang ken
Maar het kan niet bij jouw vriendje thuis
Niet bij ons thuis, want ze zijn thuis
We doen het in de caravan
Daar zullen we samen
ons in het Schwarzwald wanen
boem boem boemsen wie die Deutscher
in mein Vaters Alpenkreuzer
Daar zullen we het vanavond doen
Al valt het buiten het seizoen
We doen het in de caravan
terug
zo’n warm kopje koffie
zo vlak na het eten
zo’n lekker warm kopje koffie
koekje d’r bij
dat drink ik met aandacht
want ik wil niet vergeten
hoe die koffie gezet werd
door die lieverd van mij
wat een heerlijk aroma
komt daar uit de keuken
als het filter gaat lopen
dan ben ik al blij
als ik toch bedenk met hoeveel zorg
je me dat kopje in mijn handen borg
dan is zo’n warm kopje koffie
een bakje troost voor mij
terug
Ik heb ze zelf niet meegemaakt
mijn moeder wel, die reed heel vaak
de mobylette
ze had haar werk, de lieve schat
in een fabriek buiten de stad
ze had geen auto, want ze had
de mobylette
dat was zo’n motor op een fiets
wel lelijk, maar dan had je iets
de mobylette
en elke morgen om zes uur
begon hetzelfde avontuur
dan haalde ze ‘m uit de schuur
de mobylette
hij heeft het altijd goed gedaan
na één trap was ie altijd aan
de mobylette
bij storm en regen overdag
als ze geen hand voor ogen zag
dan reed ze toch nog met een lach
de mobylette
zaten de bomen weer in knop
dan reed ze oh zo lekker op
de mobylette
ze groette ons vanuit de tuin
en leek precies André van Duin
zo met die pothelm op haar kruin
de mobylette
de rolstoel waar ze nu in rijdt
gaat niet zo snel als indertijd
de mobylette
het werk heeft haar geen goed gedaan
ze kon op ‘t laatst niet eens meer staan
en is naar een tehuis gegaan
de mobylette
die staat nu werkloos in de schuur
met stof en spinrag op het stuur
de mobylette
een plasje olie op de vloer
de pakking is nu naar zijn moer
de brommer van vrouw Kloosterboer
en langs de verre regenboog
klimt straks ons moeder naar omhoog
per mobylette
terug
Ik hou van een meisje, dat niemand zag staan
Toch is ze heel lief, hoor, neem dat van me aan
En lopen we samen romantisch bij nacht
Dan pak ik haar hand en ik fluister heel zacht
Je bent zo warm als een worst van de Hema
Je bent zo lekker als de wijn van Albert Heijn
Ruik ik een gebakken visje
Denk ik bij mezelf ‘ik mis je’
Zou je daarom zo om op te vreten zijn?
Ik hield van een hapje, vooral tussendoor
Maar ook na het eten en ook wel ervoor
Maar ik heb nu de buik vol van slaatje en snack
Want nu heb ik jou, voor de lekkere trek
Je bent zo warm als een worst van de Hema
Je bent zo lekker als de wijn van Albert Heijn
Ruik ik een gebakken visje
Denk ik bij mezelf ‘ik mis je’
Zou je daarom zo om op te vreten zijn?
terug
Wat Rembrandt nooit kon schilderen
Wat Vondel nimmer zei
Wat Sweelinck nooit kon zingen
Dat vind ik hier bij mij
Ik hou best van een Lucebert
Een Appel of Corneille
Maar jou heb ik toch liever
Dan het mooiste schilderij
Veel mooier dan het mooiste schilderij
Ben jij, mijn lieveling, ben jij
De kleur van je haar
De lach op jouw gezicht
Die zeggen me veel meer
Dan een roman of een gedicht
Ik hou van kunst
Klassiek, maar ook modern
En op elke expositie zie je mij
Maar ik ben er tegenwoordig
In gedachten niet meer bij
Want jij bent mooier dan het mooiste schilderij
Vind ik!
terug
Ik krijg een looprek
Van het groene kruis
Kan haast niet meer lopen
Kom niet meer uit mijn huis
De wc onbereikbaar
Maar de dood dichtbij
Ga maar naar het kerkhof
En bestel vast een plekje voor mij
Mijn zuster Bowina
Vol leven en zwier
Die kocht ook zo’n looprek
Een jaar later was zij niet meer hier -dood-
Voor mijn deur stopt een wagen van het groene kruis
Ik krijg zo’n ding in huis
Ik krijg een looprek
Van het groene kruis
Kan haast niet meer lopen
Kom niet meer uit mijn huis
De wc onbereikbaar
Maar de dood dichtbij
Ga maar naar de Gamma
En bestel maar zes plankjes voor mij
Mijn zuster Bowina
Vol leven en zwier
Die kocht ook zo’n rotding
Een jaar later was zij niet meer hier -dood-
Voor mijn deur stopt een wagen van het groene kruis
Ik krijg zo’n ding in huis
terug
Wij zaten aan de grond zonder een nagel voor de reet
Wij aten vlees uit blik en stonken vreselijk naar zweet
Dat kwam wij hadden ons al 16 jaar niet omgekleed
Dat kwam wij hadden toch geen geld voor iets als Omo
En gingen we eens uit naar een café of discotheek
Dan zag je een mooie vrouw, waar je uitgebreid naar keek
Soms lachte ze terug, maar weet je wat tenslotte bleek
Ze ging naar bed met een homo
De armoe leidt tot misdaad dat is algemeen bekend
Je jat vanzelf een tasje als je ongelukkig bent
Dat is de schuld van de regering en van het parlement
Dan moeten ze maar beter voor ons zorgen
Maar op een dag lag er ineens een grote enveloppe
Die was voor ons, er zaten echte postzegels ook op
Die brief die haalde ons nou eens in één keer uit het slop
Je hebt een baan en je begint al morgen
En wat voor baan, het was een beetje klooien op de bouw
Je hoeft niet veel te doen, een beetje fluiten naar een vrouw
Je krijgt bij ons warm eten en een rug verdien je gauw
We waren zogezegd uit de problemen
We moesten ons alleen nog melden voor een soort gesprek
We wilden met de auto, maar die kwam niet van zijn plek
En nou staat hier wel een bushalte, maar kom, wij zijn niet gek
We gaan verdomme toch geen bus hier staan zitten te nemen
Al brengt het openbaar vervoer je zo van deur tot deur
Mij krijg je niet zo’n blik in met bejaarden en chauffeur
Zo’n permanent-express vol doodsdrift en urinegeur
Daar kunnen wij nou niet echt van genieten
De bus is goed voor een milieubewuste idioot
En voor wie wil wennen aan de naderende dood
Maar niet voor ons ook al is de nood nog zo reusachtig groot
We hebben dus het baantje laten schieten
Want wij gaan nooit met de bus
Want wij gaan nooit met de bus
Vraag niet waarom, maar zo zit dat dus
Want wij gaan nooit met de bus
terug
Lang geleden vroeg ik aan mijn vader
vader, iedereen heeft fietsen,
vader, mag ik ook een fiets?
Ach, mijnjongen, daar heb ik geen geld voor
wacht maar tot je jarig bent
dan krijg je vast wel iets
maar ik zei, vader, ik kan echt niet langer wachten
want ik droom al zoveel nachten
hoe ik scheur over de straat
En hij zei, jongen, koester dat verlangen
want een mens zonder verlangen
weet niet eens dat hij bestaat
refr.
Er moet altijd iets te dromen zijn
Dromen zorgen dat je leeft
‘t Leven mag nooit echt volkomen zijn
Arm is hij die alles heeft
Laat het gras over de heuvel
groener zijn dan bij jezelf
en blijf je eigen dingen trouw
Er moet altijd iets te dromen zijn
en die dromen zijn zo mooi van jou
In de klas zat ook het mooiste meisje
God, wat had ze mooie ogen
wat een schitterend figuur
Ik lag m’n schone lakens nat te dromen
over dat ze plots zou komen
op het middernachtelijk uur
En toen ik haar eens vroeg
ga je mee dansen, zei ze: nee, ik heb een vriendje
en daar ga ik altijd mee
Adieu geluk, weg waren mijn kansen
maar toch bleef ze in mijn dromen
waarin ik alles met haar deed
terug
Wij gaan zingen over Tinus Gezienus uit Stadskanaal
Die op vakantie naar Peking ging
Hij had hasjiesj in zijn koffer, maar dat wist ie niet
Hij dacht ‘ik heb mijn ondergoed daar in dat ding’
En hij kwam bij de douane en zei ‘ha, ha, ha,
mijn naam is Tinus en ik ben smokkelaal’
Nou, die Pekinezen snappen dus die humor niet
Die snapt men enkel maar in Stadskanaal
En nou zingt hij:
Oh, haal me uit de bajes
Haal me weg hier en breng me
Terug naar Stadskanaaltje
Waar ‘t eten op tijd op tafel stond
Oh, haal me uit de sores
Haal me hier vandaan en breng mij
Waar de meisjes altijd mooi zijn
En waar ik ook mijn liefje vond
Beste koningin, schrijf een brief
Ik heb mijn lief zo lief
Doet niemand er iets aan
Die Pekinezen laten me niet gaan
Oh, haal me uit de bajes
Haal me weg hier en breng me
Terug naar Stadskanaaltje
Waar ‘t eten op tijd op tafel stond
Telefoongesprek:
Tring!
Ja?
Ah, spreek ik met de Kwang-Ho gevangenis in Peking?
Jazekel, spleekt u mee.
Met vrouw Gezienus uit Stadskanaal. Hangt mijn man, hangt Tinus Gezienus, hangt die toevallig ergens bij u rond?
Ik zal het even aan de cipiel vlagen.
Tling!
Ja?
Ha Lo, met Wie.
Ha Wie, met Lo.
Zeg Lo, of Tinus Gezienus hiel misschien es gezien is?
Of Tinus gezienus hiel misschien es gezien is? Daal vlaag je me wat. Ik kijk het even na.
Tuang Ku, Tcheng Jing, Tchen Soh, Mwah Hing, Tinus Gezi… ah, jo, gevonden! Ah, ja, Tinus Gezienus, leuke kelel, veel plet mee gehad, weet je niet meel?
Oh ja…!
Ha ha ha
Ha ha ha
Uh, nee, die hebben we opgeknoopt.
Oh…
Uh, vlouw Gezienus, hij is telecht, hool.
Oh, mooi.
Ja, hij hangt hiel indeldaad lond.
Ah, mooi, bedankt.
Ja, we hebben Tinus Gezienus afgelopen vlijdagochtend om tien uul ‘s molgens officieel lond gehangen.
Oh, nou, hartstikke bedankt.
Glaag gedaan.
Officieel londgehangen…..! Oh, dus
Zo ging het dus met Tinus Gezienus uit Stadskanaal
Die op vakantie naar Peking ging
Hij kwam nooit meer terug in de kroeg van Stadskanaal
Omdat die Tinus daar in Peking hing
terug
Ik zou met mijn vrienden gaan stappen
Dan doen we wel vaker per jaar
We lachen om ranzige grappen
En hebben wat lol met elkaar
Wat kan ik mij daarop verheugen
Maar wat zegt mijn lieve vriendin
Zeg, laat die vrienden toch wachten
Ik heb ontzettende zin
Ze zei
Ga niet uit vannacht
Blijf vanavond lekker bij me
Ik voel een lust in mijn lijf
Dus ik vraag je nu, blijf bij me thuis
Ga niet uit vannacht
Laten we samen weer eens vrijen
Dus ga niet van huis
Haar stem heeft mij zo opgewonden
Ik belde mijn vrienden maar op
En ik vroeg of ze zonder me konden
En zei ‘ik heb pijn in mijn kop’
En daar zit mijn vrouw in de kamer
Ze zit er met pinda’s en wijn
En mij heeft ze pils ingeschonken
Ze zei nog een keer
Ga niet uit vannacht
Blijf vanavond lekker bij me
Ik voel een lust in mijn lijf
Dus ik vraag je nu, blijf bij me thuis
Ga niet uit vannacht
Laten we samen weer eens vrijen
Dus ga niet van huis
We hebben de drankjes gedronken
We hebben ook pinda’s gehad
We hebben een film uitgekeken
En ik dacht ‘gebeurt er nog wat?’
De RTL is afgelopen
Mijn heeft het ding uitgezet
Ze zoekt naar de kopjes en glazen
En ze zegt ‘we gaan nu maar naar bed’
Achteraf was het best wel gezellig
We konden het nog met zijn twee
Het was al weer maanden geleden
En het gaat ook maar om het idee
terug
Mijn wagen kun je krijgen, mijn vrouw krijg je erbij
Maar kom niet met je poten aan die ene bal van mij
Want vissen zonder water en zwijnen zonder stal
Die hebben het nog zo rot niet als een kerel zonder bal
En Eva die gaf Adam een appel of een peer
Daar heeft ie van gegeten, maar dat mocht niet van de heer
De wereld is nou waardeloos, dat heb je er nou van
Waarom gaf die vrouw geen bal met mayonaise aan die man
Een bal met
Een bal met
Moddervet
Als ik het nou mag zeggen, ja als ik het zeggen mag
Eet ieder alle dagen 20 balletjes per dag
Dan voel je je weer lekker, je gaat weer werken en zo
En je hoort geen mens meer zeuren over heel ie WAO
Zo, dat was hartstikke lekker en geef me nou maar een servet
En dan nog zes uur rijden en dan mag ik ook naar bed
Ik klim in mijn cabine, over Antwerpen en dan vlug
Door de polder, over Drachten naar Oude Pekela terug
Een bal met
Een bal met
Moddervet
Die sla en die komkommer
Die smijt ik de asbak in
Ik ben toch geen konijn verdomme
En ik heb alleen maar zin
In een bal met
Een bal met
Die groente hoeft niet zo van mij
Doe maar er maar wat mayo bij
Een bal met
Een bal met
terug
Je leest je krantje in je bed
Je hebt net je wekkertje gezet
En het duurt nog maar heel even
Voor ze hier bij jou zal wezen
Dus vandaar dat je nog even
In dat krantje ligt te lezen
Zodat je wakker bent voor een welterusten kus
Je houdt van haar, vandaar dus
En jawel de deur gaat open
Daar komt ze de kamer in
Ze fluistert in je oor
Oh schat, ik heb zin
Haar adem streelt over je wang
Je vraagt haar ‘duurt het niet te lang?’
En ze zegt ‘wacht jij maar even’
Ze begint zich uit te kleden
En wat jij denkt zal wel in strijd zijn
Met de openbare zeden
Je respondeert behoorlijk op haar stimulus
Je houdt van haar, vandaar dus
Een licht valt op haar ranke armen
Haar huid is net fluweel
En van dat lichaam krijg jij nu je deel
Ze heeft de lichten uit gedaan
Ze is nu ook in bed gegaan
Ze gaf je vluchtig vast een zoen
Ze heeft zich omgedraaid en toen, toen zei ze
‘Truste lieverd, ach schat, wil jij de vuilniszakken morgen doen’
Maar nu ze slaapt geef jij haar alsnog die welterusten kus
Je houdt van haar, vandaar dus
terug
We gaan op vakantie naar Spanje
Zegt mijn liefje ieder jaar
En ondanks al mijn protesten
Krijgt ze het toch steeds voor elkaar
De zon en de zee zijn fantastisch
Maar we zijn er nog maar pas
Of wie duikt er op in de branding….. Julio Iglesias
Refr.:
Klabam
Ze is meteen verloren
Klabam
Ze is meteen verkocht
Klabam
Ik wist het van tevoren
Hadden we dit land maar nooit bezocht
Klabam
Moet je die macho horen
Klabam
Ik zeg er nu iets van
Klabam….
Ik kreeg ‘m recht van voren
Ach, gatsamme, die kwam an
Ze haat de winters in Holland
En de herfstgeur in het bos
De lente kan ze niet luchten
Maar in de zomer komt ze los
De Costa del Sol e la playa
Sangria op elk terras
Maar wie is die hitsige ober… ja, hoor, Julio Iglesias
We komen terug van vakantie
Maar zij is weken nog van slag
Ze wou dat nog steeds in
Julio’s gespierde armen lag
Maar dan aan het eind van de zomer
In de bus naar Almelo
Ziet ze iemand met donkere ogen
‘t Is de broer van Julio
terug
Ik sta bekend als zwerver, dus je ziet mij vaak op straat
Zo’n type, dat voor zijn happie naar de vuilnisbakken gaat
En die een parkbank als zijn slaapplaats heeft genomen
Toch ben ik niet als zij, die maar wat hangen heel de dag
Ik ben misschien een zwerver, maar wel van een ander slag
Ik heb de mooiste glimlach en ik voel mij altijd goed
Want ik heb een goed gepoetste schoen aan elke voet
En ben ik chagrijnig, heb ik soms een slecht humeur
Dan trek ik me terug in een portiek of winkeldeur
En dan haal ik uit mijn pastic tas een heel assortiment
Van blikjes en dan poets ik tot ik weer gelukkig ben
Ik poets elke dag mijn schoenen
Ik poets ze met een smile
Het leven mag dan af een toe wat somber zijn
Gepoetste schoenen geven je weer zonneschijn
Ik laat mijn stappers glanzen
Geef mijn leven stijl
Het leven straalt je tegemoet
Met zo’n zon op elke voet
Dus poets, poets, poets
terug
Mijn kat is dood gereden en mijn hond die kreeg een spuit
Mijn vrouw hield het na negen jaren niet meer met me uit
Ik heb mijn baas beledigd dus daar heb ik het verbruid
En dat gebeurde allemaal nog gisteren
Mijn geld is niet gekomen waar ik echt wel recht op had
Ik was nog bij een dokter, hij zei dat ik een druiper had
Nadat ik in de wachtkamer een half etmaal zat
En dat gebeurde allemaal nog gisteren
Ik had nog 16,50 dat zat in mijn portemonnee
Een zakken roller nam dat en mijn giropasje mee
Ik zag hem in een auto, hij scheurde hard voorbij
Die auto kan ik goed beschrijven, want die auto was van mij
Sorry mensen, ik zit even in een dipje pipje
Sorry mensen, ik zit even in een heel klein dipje pipje
Ik bel mijn psychiater, maar die gast geeft geen gehoor
En dat klopt wel, want die homo is er met mijn vrouw vandoor
Toen ging naar een feestje, maar dat feestje ging niet door
En dat gebeurde allemaal nog gisteren
Twee agenten lichtten mij vanochtend van mijn bed
En hebben mij als wanbetaler uit mijn huis gezet
De buren hebben hierom ongelooflijke pret
En da’s dus ja niet leuk, ja
En helemaal niet na zo’n dag als gisteren
Sorry mensen, ik zit even in een dipje pipje
Sorry mensen, ik zit even in een heel klein dipje pipje
terug
Ik zie een gleuf en ik heb een pasje
Ik druk op wat knopjes, piep piep piep piep
Ik lees wat woordjes en met rooie oortjes
Denk ik: “wordt het noppes of hiep hiep hiep”
En de mensen achter mij, die zijn een hele lange rij
Oh, lieve god, zijn er nu eindelijk weer ci-ca-centjes bij
En ik zeg “euh” en hij doet “prrrrr”
En ik zeg “ja” en ik zeg “ja” en ik zeg “ja, yes, oui, ja”
Flappetappe flappetappe flap
Refrein: Ik heb weer geld op de giro, ‘k heb weer geld op de giro
Ik heb weer geld op de giro, ‘k heb weer poen, poen, poen
Ik heb weer geld op de giro, ‘k heb weer geld op de giro
Ik heb weer geld op de giro, ‘k heb weer poen, poen, poen
De stad is mooi en en stad heeft kleuren
Ik kan weer beuren, ik heb weer poen
Mijn meisje wil dansen, dus wij gaan dansen
En als we weer thuis zijn, gaan wij het doen
En de mensen in de rij krijgen allemaal een hand van mij
I call them brothers and my sisters
Want de wereld…. want de wereld is van mij
Flappetappe flappetappe flap
terug
Wat een dag
Oh, ik wou dat ik in mijn nest lag na zo’n dag
‘k Wou dat ik mijn huis en heel de rest zag
met mijn tuintje ervoor
en op zolder lig jij op één oor
Wat een weg
‘t Is nog honderd kilometer langs die weg
‘t wordt in de auto alsmaar heter
oh, wat een gaap
nog een uur dan mag ik naast jou in slaap
En ik verveel me met het spelen met die cijfertjes op het dashboard
En ik verlang zo naar jou en die radiovrouw zeurt maar door
Weer bij jou
Het ging toch sneller dan ik dacht van daar naar jou
Ik zie dat je in je slaap me toe lacht
En ik duik er ook in
En ik denk aan de zin:
“What a wonderfull day…”
terug
5 Comments
Superleuke teksten, uit ‘t leven gegrepen!!!!
Ik heb toen zo genoten van jullie optreden dat ik ook een cd gekocht heb maar ik lees dat er nog 2 zijn ik zou zo graag copietje van die andere 2 willen wij kunnen met de fam alle liedjes van zomertour meezingen en willen ook de andere teksten meezingen ik snap niet dat trio kloosterboer niet meer bestaat ,jongelui is opzoek naar dit soort genre ,als jullie ooit nog een optreden doen mail me dan.Wij hebben ook de haagse reghas (reigers) gezien ook zo leuk maar dan met spaans tintje.grt jet Rens
Beste Jet,
Mail me je adres. Dan neem ik contact met je op.
Vriendelijke groet,
Arno van der Heyden
beste Arno,
de mail van Jet is voor ons gezin precies in de roos , ooit in de jaren 90 een keer in het bezit gekomen van jullie cd kloosterboer de liedjes live; inmiddels kent iedereen die met ons op vakantie is geweest de liedjes; en dochter 13 kent de teksten uit haar hoofd,want dit is favoriete auto muziek heerlijk meezingen en in de vakantie stemming komen.
dus als jullie nog een keer ergens optreden reunion ???? of nog ergens een copietje kunnen maken van jullie andere cd’s dan houd ik me aanbevolen
Hio,
Rijkelijk laat, als ik kom bij Trio Kloosterboer en lees dat de groep niet meer bestaat.
Maar de teksten, en de gitaar, “momenten van geluk”, “Dipje Pipje”, “Zielezwerver”, dat jullie niet meer bestaan valt me zwaar.
Kan ik misschien nog kopieën bestellen van de verschillende cd’s, hoesjes etc. kan ik best missen.