Zitzak

Voor een
dubbeltje geboren
(tekst)
Graag of niet (tekst)
Met mij alleen (tekst)
We raken elkaar kwijt (tekst)
Altijd wat (tekst)
Je houdt me vast (tekst)
Ze deugen niet (tekst)

Deze CD bevat de liedjes van het theaterprogramma Zitzak, gespeeld in de seizoenen ’02/’03 en ’03/’04 in het kleine zalen theatercircuit door heel Nederland.
Alle teksten zijn van Arno van der Heyden. Hij zingt en speelt af en toe viool.
Hendrik Jan Vermeulen speelt gitaren, contrabas en mandoline.
Bas Mulder maakte de arrangementen en speelt piano, synthesizer, drums en percussie en hij doet de achtergrondzang.

Gastmuzikanten:
Sieto Kiewiet (basgitaar in ‘voor een dubbeltje geboren’)
Martien Stienstra (saxofoon in ‘Altijd wat’)

Opgenomen in de Stedelijke muziekschool en in Studio Het Viadukt in Groningen.

Opname en mixing: Bas Mulder

Arrangementen en productie: Bas Mulder en Hendrik Jan vermeulen

Mastering: Tiemen Smit (Redlight Studio Groningen)

De prijs van deze CD bedraagt € 17,50. Te bestellen bij bestelling@arnovanderheyden.nl. Na ontvangst van uw overschrijving (onder vermelding van de titel en uw adresgegevens) op bankrekeningnr. NL87ABNA0417012373 t.n.v. Arno van der Heyden, Groningen wordt het in Nederland franco aan huis bezorgd.


Teksten

Zitzak

Ik hang maar wat te hangen in mijn hangmat
ik lig maar wat te liggen in mijn bed
ik zit maar wat te zitten in mijn zitzak
ik lig hier lekker lui op mijn gemak

ik zou eigenlijk in actie moeten komen
‘t is eindelijk eens tijd om iets te doen
een voetreis helemaal over het Pieterpad naar Rome
maar ik ga voor geen miljoen

Eruit! ik kijk wel uit, ik heb geen zin om op te staan
Eruit!
ach, schei toch uit, ik blijf erin, je kunt wel gaan
Eruit!
Waarom, ik heb toch niets gedaan

ik hang maar wat te hangen op mijn hangplek
ik lig maar wat te liggen in het gras
ik zit maar wat, ik ben gewoon een zitzak
ik zit al veel te lang op mijn gemak

ik zou eigenlijk iets nieuws moeten verzinnen
en eindelijk alles anders moeten doen
gewoon terug bij af helemaal opnieuw beginnen
maar ik ga voor geen miljoen

Eruit! ik kijk wel uit, ik heb geen zin om weg te gaan
Eruit!
ach, schei toch uit, wat is de zin van mijn bestaan
Eruit!
Je vliegt eruit als je die onzin uit blijft slaan
Eruit!
Waarom, ik heb toch niets gedaan

solo

Eruit! ik kijk wel uit, ik heb geen zin om op te staan
Eruit!
ach, schei toch uit, wat is de zin van mijn bestaan
Eruit!
ik scheld je uit, als je nog lang zo door blijft gaan
Eruit!
hé, niet zo luid, ik ben niet doof, loop naar de maan
Eruit!
Waarom, ik heb toch niets gedaan

Eruit!
voor geen beschuit kom ik eruit, al ga je slaan
Eruit!
wat komt daaruit, is dat je fluit of een banaan
Eruit!
Waarom, ik heb toch niets gedaan

terug


Ik mis je

nog steeds in mijn hart
na al die tijd
ergens dichtbij
en toch al jaren kwijt

ik stond mij niet toe
om in te zien dat
de pijn die ik voel
door jou komt, schat

vandaar dit liedje

jij bent ver weg
en gelukkig en zo
misschien komt dit te laat
zeven jaar of zo
en misschien is het vreemd
voor iedereen
die weet da’k mijn ziel verkoop
voor jou alleen

vandaar dit liedje

ik mis je
ik mis je
ik mis je
het spijt me, het is raar
ik mis je
ik mis je
ik mis je
het spijt me, maar ‘t is waar

toch zeg ik ‘dank je’
voor al het mooie
en ik zeg ‘sorry’,
sorry voor de rotzooi
je lacht je waarschijnlijk dood
in je luxe huis in ‘t Gooi
maar ik moet dit nog even kwijt
voordat ik ga
en dit laat ik je na

ik mis je
ik mis je
oh, waarom zeg ik dit pas nou?
ik mis je
ik mis je
ik mis je
omdat ik van je hou

terug


voor een dubbeltje geboren

het eerste woordje dat je zei was “ikke”
en verder zei je vijf jaar bijna niets
toen kwam ineens een zin over je lippen
die luidde: “pa, ik wil een nieuwe fiets

een video, een skateboard en een racebaan
een spelletjescomputer en een hond”
en toen je dat niet kreeg, zei je : “bedankt, pa”
en hield vervolgens weer een jaar je mond

en nu ben je zelfstandig en volwassen
en wil je kleding uit de mooiste modezaak
een pak van pure zij en dito dassen
je hebt gewoon een hele dure smaak

de grootste diamant, de goudste armband
de kleinste en de geilste telefoon
ach, je wilt zoveel en dus voel je je arm, want
de middelen ontbreken je gewoon
en het is teveel voor jouw verdiende loon

refrein:
een rijke fantasie heb jij
nooit genoeg, d’r kan altijd meer bij
maar als je voor een dubbeltje geboren bent
en je hebt zelf geen rooie rot cent
trouw dan gewoon een rijke vent

een bungalow met golfcourse in zuid Spanje
een cabrio, een heli en een jacht
en in de tuin een zwembad vol champagne
je eigen sterrenhemel elke nacht

de zon schijnt elke dag op jouw privé-strand
en het is altijd onbewolkt en volle maan
ach, je wilt het allemaal en da’s teveel, want
je mist beslist de bron voor zo’n bestaan
en je vraagt je af: “waar haal ik het vandaan?”

een rijke fantasie heb jij
nooit genoeg, d’r kan altijd meer bij
maar als je voor een dubbeltje geboren bent
en je hebt zelf geen rooie rot cent
trouw dan gewoon een stinkend rijke fantasie heb jij
nooit genoeg, d’r kan altijd meer bij
maar als je voor een dubbeltje geboren bent
en je hebt zelf geen rooie rot cent
trouw dan gewoon een rijke vent…… of trouw gewoon een rijke vrouw

terug


Ze deugen niet

Ik was op een feestje van de zaak
Ik kom daar niet graag en ook niet vaak
Maar ach, je weet wel, soms dan moet dat gewoon even
Ik nam een bier of een glas wijn
Het kunnen er ook twintig zijn
Ik wou naar huis, maar ben toch nog even gebleven
Het was het afscheid van zo’n zak
Zo’n type dat tien jaar in een pak
Vier, vijf, zes ton per jaar met niks doen op kan strijken
Een gouden handdruk en een speech
De directeur zei ook nog iets
En ik dacht “godverdomme, moet je toch eens kijken”

Refrein:
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen voor geen meter
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
En weten alles beter

Hij zat zo’n tien jaar bij het ‘corps’
Nu zit ie tien commissies voor
Onder het motto “pakken wat je maar kan pakken”
Een BMW onder zijn kont
Een tweede huis, een leuke hond
Een dom blond mokkel en twee kleine etterbakken
Hij werkt wel zestig uur per week
En elke zondag na de preek
Speelt hij een potje golf en fluit naar lekkere wijven
En na zijn zesde glaasje port
Belt hij dat het iets later wordt
En zij denkt “mooi, dan kan mijn vriend nog even blijven”

Ik ken zo’n vent, ik woon er naast
Steeds druk, druk, druk en altijd haast
Ik zou er nog geen kopje suiker durven vragen
En start mijn auto weer eens niet
Wat hij toevallig altijd ziet
Dan zegt ie “Kerel, waarom lease jij toch geen wagen?”
Soms zie ik ‘m ‘s avonds laat op straat
Als hij zijn labrador uitlaat
En van dat beest ken ik allang alle verhalen
Dan vraagt ie vals wat voor een ras
Die hond van mij ook alweer was
Omdat hij meent dat ik geen rashond kan betalen

Afijn, u kent ze allemaal
Ze zitten naast u in de zaal
Het zijn degenen die tot nu toe nog niet lachten
Waarschijnlijk draagt de idioot
Zo’n stomme broek van glas in lood
En in zijn hoofd komt nu de volgende gedachte
‘Nog één woord en dan stap ik op
En roep “hé, eikel hou je kop,
Ik laat me niet kwetsen door jouw liederlijke sketches”‘
Zijn vrouw sjouwt braaf achter hem aan
Heeft geen idee waarom ze gaan
En ik zal zeggen “dank u, opgeruimd staat netjes”

Let op, het stel komt eerder thuis
Verwacht de oppas voor de buis
Met de zak chips en de fles cola uit de keuken
Die zij daar hadden klaar gezet
Maar nee, de sloerie ligt in bed
Met Robbert Jan, hun zoon van dertien jaar, te neuken
Moeder huilt en vader scheldt
En schuwt ook geen fysiek geweld
Hij zou zich bijna aan die kinderen vergrijpen
Dan krijgt hij een beter idee
Hij zal zich in de BMW
Als hij haar thuisbrengt door de oppas laten pijpen

Toch belt hij voor hij slapen gaat
Nog even met zijn advocaat
‘Just in case’, want ach, nou ja, je kan nooit weten
Maar de jurist stelt hem gerust
En zijn geweten is gesust
En morgenvroeg is hij de hele zaak vergeten
Maar aan het eind van zo’n verhaal
Behoort natuurlijk een moraal
Er is -me dunkt- het één en ander uit te leggen
Want dat er liedjesschrijvers zijn
In wiens bedorven, zieke brein
Zo’n tekst ontspruit, nou ja, daar moet je toch van zeggen

Refrein:
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen voor geen meter
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
Ze deugen niet
En weten alles beter

terug


Speelgoedbeest

1.
En wat moet zij
wat moet zij met haar verlangen
met de twijfel als hij iets te lang blijft hangen
en de wanhoop als hij weer niet is geweest

wat moet zij met de leegte die hij achterlaat
met de stilte steeds als hij weer naar zijn vrouw toegaat
zo alleen gelaten lijkt ze nog het meest

op een nonchalant vergeten
een verwaarloosd en versleten
een bezoedeld en beschadigd speelgoedbeest

2.
En wat moet jij
wat moet jij met jouw verlangen
en de wanorde waarin je zit gevangen
en de twijfel als je bij haar bent geweest

en de leegte elke keer als jij je vrouw verlaat
en de schuldbewuste blik die je naar haar opslaat
zo heen en weer geslingerd lijk je nog het meest

op een kutsmoesjesverkoper
een goedkope hoerenloper
een verwende klootzak met een speelgoedbeest

terug


Graag of niet

wil je een jointje, dansen en met me naar bed?
na elke keer vrijen nog één pretsigaret
morgenvroeg een eitje en een beschuit
maar nooit, nooit… nooit meer eruit

wil je een lijntje, trouwen en met me op reis?
naar de Malediven of gewoon naar Parijs
elke droomreis ligt in het verschiet
‘t is simpel, graag of niet
heel simpel, graag of niet

wat je maar wilt
laat me het weten
jouw wens is mijn bevel
zo gaat ie goed
zo gaat ie beter
en geheel naar wens
jawel, je ziet
‘t is simpel, graag of niet

wil je een shot, wil je een Porsche, wil je een villa aan zee
I’ve got the power, ik geef je er twee
en ik ga door tot je ze vliegen ziet
‘t is simpel, graag of niet
heel simpel, graag of niet

wat ik maar wil
jij zult het weten
mijn wens is jouw bevel
zo gaat ie goed
zo gaat ie beter
en geheel naar wens
jawel, je ziet
‘t is simpel, graag of niet
heel simpel, graag of niet
simpel, graag of niet
‘t is zo simpel, graag of niet

terug


met mij alleen

met mij alleen
alleen met mij
en met mijn ziel onder mijn arm
ga ik de stad in, ook al regent het
en het de hele dag al tegen zit
met mij alleen
alleen met mij
en een glas bier
wat is het warm
in het café, terwijl het pijpensteelt
en ik me heel de dag al rot verveel
met mij alleen
alleen met mij
da’s niks voor mij

met jou alleen
alleen met jou
en met mijn ziel onder jouw arm
gaan we de stad in waar het leven lacht
en ik al menig nacht heb doorgebracht
met jou alleen
alleen met jou
en een glas bier
wat is het warm
in het café dat langs de ramen zweet
en ik jou zeg dat ik al maanden weet
met jou alleen
alleen met jou
ja, dat is iets voor mij

met mij alleen
alleen met mij
en met jouw hart onder mijn riem
gaan we naar huis tegen het ochtendlicht
we zijn niet moe, maar de cafés gaan dicht
met jou alleen
alleen met jou
jou een zonsopgang laten zien
met een glas bier bij mij op het balkon
oh, ik wou dat je eeuwig blijven kon
met mij alleen
alleen met mij
is dat niks voor jou?

voor jou, voor jou, voor jou, voor jou
voor jou en mij alleen

terug


We raken elkaar kwijt

Ik zie dat je nog slaapt
Als ik mijn ogen opendoe
Of misschien doe je maar alsof
Dat doet er ook niet toe

Ik weet wat er gebeurt
Als straks mijn blik de jouwe vindt
Dan fonkelt er dat sprankje hoop
De waakvlam die ons bindt

Het laaiend vuur van liefde
In ons hart smeult al een tijd
Maar hoelang dat ons ook samenhoudt
We raken elkaar kwijt

Refrein:
En of ik ga
En of ik blijf
Van beiden krijg ik spijt
‘t Maakt allemaal geen donder uit
we raken elkaar kwijt
we raken elkaar kwijt
we raken elkaar kwijt

Ik zie wel dat je glimlacht
Als ik aan mijn sokken ruik
Maar voor het eerst sinds jaren
Schaam ik me voor dit gebruik

Waar is het dopje van de tandpasta
Waar is de sleutel van de schuur
We bekvechten allang niet meer
Dat leer je op den duur

Ik raak je nog maar zelden aan
Jij mijdt me al een tijd
We zwijgen en we twijfelen
We raken elkaar kwijt

Refr.
En of je gaat
En of je blijft
Van beiden krijg je spijt
‘t Maakt allemaal geen donder uit
we raken elkaar kwijt
we raken elkaar kwijt
we raken elkaar kwijt

Toch denk ik niet dat één van ons
de ander ooit verlaat
We jojo-en met ons gevoel
En zien wel hoe het gaat

Waarom zou je kiezen
Als je niet weet wat je kiest
Je weet niet wat je wint
Je weet alleen wat je verliest

Ik wil geen knipperlicht of lat
‘k wil tot de dood ons scheidt
de waakvlam in je ogen zien
pas dan wil ik je kwijt

Refrein:
En of ik ga
En of ik blijf
Van beiden krijg ik spijt
‘t Maakt allemaal geen donder uit
we raken elkaar kwijt
we raken elkaar kwijt
we raken elkaar kwijt
we raken elkaar kwijt

terug


Altijd wat

Ik dacht zo’n 25 jaar geleden
Later als ik groot ben dan word ik cabaretier
Als ik een poosje met succes heb opgetreden
Dan loop ik binnen in een uitverkocht Carré

Nou, het is iets anders gelopen
Ik schnabbel weliswaar heel aardig in het cabaret
Maar mijn publiek is meestal stoned op straalbezopen
Ze komen niet voor mij, maar voor het gratis koud buffet

Altijd wat
Altijd wat
In ieder dorp, in elke stad
Van Limburg tot aan ‘t Wad
Altijd wat

We zijn hier met zo’n vijftien miljoen mensen
Op een heel klein stukje aarde, maar met een hele grote bek
En met zo’n vijftien miljoen meningen en wensen
We mopperen, we zeuren en we kankeren ons gek

Als er een mug ontsnapt uit Artis
Dan is dat zo een olifant en Amsterdam gaat plat
Er is geen mens die kijkt of het bewijs wel hard is
Als er maar wat gebeurt en er gebeurt hier altijd wat

Altijd wat
Altijd wat
In ieder dorp, in elke stad
Van Limburg tot aan ‘t Wad
Altijd wat

‘t Is altijd weer hetzelfde liedje in ons kikkerland
Zo’n klein akkefietje, zulke stukken in de krant
Dan blijkt hoe groot het ego van een Hollander kan zijn
En als dat opgeblazen wordt dan is ons land te klein

terug


Je houdt me vast

Een oogopslag, een strelend been
twee zachte armen om me heen
zo ben ik even niet alleen
ik laat me verleiden

de lieve lach op haar gezicht
haar ogen in dit zwakke licht
en doe ik dan de mijne dicht
‘t is niet te vermijden

maar dan
lig jij ineens naast mij, iets wat niet kan
ik ruik je lichaam, hoor je stem, ik voel je adem langs mijn wang
en ik word bang, want ik ben al zolang
alleen

refrein:
Jij, alleen jij
bent mij
nu al jaren tot last
laat me los, schat
jij, alleen jij, alleen jij
houdt me vast

een warme nacht, een warm bed
mijn nieuwe vlam vertrok zonet
ik had jouw foto weggezet
die maakt me verlegen

vanavond komt ze terug misschien
en blijft een dag, een week of tien
totdat ik jou in haar ga zien
daar kan ik niet tegen

want dan
ben jij ineens weer hier, iets wat niet kan
ga toch weg, laat me met rust, ik word er steeds moedelozer van
en zo bang, want ik ben al zolang
alleen

refrein:
Jij, alleen jij
bent mij
nu al jaren tot last
laat me los, schat
jij, alleen jij, alleen jij
houdt me vast
brug:
telkens weer geloof ik wat ik zeg
als ik zeg:
ik hou van haar
of ik hou van haar
maar telkens weer besef ik dat ik lieg
want ik hou
nog steeds
alleen
maar van

refrein:
Jou, alleen jij
bent mij
nu al jaren tot last
alleen van
jou, alleen jij, alleen jij
houdt me vast
je houdt me vast

terug


This entry was posted in Discografie. Bookmark the permalink. Post a comment or leave a trackback: Trackback URL.

Post a Comment

Your email is never published nor shared. Required fields are marked *

You may use these HTML tags and attributes <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>

*
*

  • Volg Arno van der Heyden op Facebook Volg Arno van der Heyden op Youtube